Hoewel staalframe-elementen relatief licht zijn, kan er tijdens het hijsen veel misgaan zonder de juiste hijsgereedschappen en hijsmethoden. In deze blog wordt uitgelegd hoe het hijsen van staalframe-elementen afwijkt van bijvoorbeeld betonwanden en waar je tijdens het hijsen en bij het ontwerp van het element op moet letten. Veilig hijsen begint namelijk al bij de ontwerpfase.
Bij het ontwerp kan al rekening worden gehouden met het hijsen door elementen zo in te delen dat sparingen symmetrisch in het element zitten. Dit zorgt voor stabiliteit tijdens het hijsen. Het is ook wenselijk om ervoor te zorgen dat een wand na een sparing nog doorloopt, met ongeveer 20% van de breedte naast de sparing. Bij deursparingen kan het noodzakelijk zijn om een balk in de deuropening te plaatsen of de onderregel door te laten lopen, zodat het element voldoende stijf is tijdens transport en tijdens hijsen. Hijspunten moeten worden aangebracht op ongeveer 20% van de breedte en altijd zo dicht mogelijk bij een doorlopende stijl.
In de meeste gevallen wordt in de ontwerpfase al nagedacht over de vraag hoe de elementen gehesen zullen worden. Dit kan op verschillende manieren, afhankelijk van de mate van afwerking van het element. Bij een volledig prefab element is het gewicht groter dan bij een skelet dat wordt gehesen en is het niet mogelijk hijsogen te wisselen. De meest voorkomende methoden om te hijsen zijn:
Het is wenselijk om, ongeacht de hijsmethode, de hijsvoorzieningen op ongeveer 20% vanuit het begin en einde aan te brengen maar vooral ter plaatse van de dichtstbijzijnde doorlopende stijl. Op deze manier wordt het gewicht van het element het beste verdeeld over de hijspunten.
Veel staalframeproducenten hebben geen sparingen die direct te gebruiken zijn voor hijsvoorzieningen. Vooral bij het gebruik van een blindklinkmoer is de diameter van het ponsgat cruciaal. Afhankelijk van het gewicht van het element kan het lijf van het profiel ook uitbuigen. Om een nauwkeurige gatdiameter te garanderen en de buigspanningen te beperken, kan het noodzakelijk zijn om te werken met een contraplaatje. Het is belangrijk dat de constructeur de buiging van de achterplaat controleert en berekent hoeveel hijsogen per element nodig zijn, aangezien zelfborende schroeven in de stijlen, de buigspanning in de bovenregel en de blindklinkmoeren een beperkte capaciteit hebben. Hierbij is het belangrijk om rekening te houden met het eigen gewicht van het element en de (dynamische) hijsfactoren.
Tijdens het hijsen van staalframe-elementen zijn er een aantal aandachtspunten waar je op moet letten: